‘To be or not to be’ een werknemer

In 2017 besloot de bezorgservice Deliveroo om tijdelijke arbeidsovereenkomsten niet meer te verlengen. Bezorgers konden daarna alleen als zelfstandige voor Deliveroo werken op basis van een overeenkomst van opdracht. Bezorger Sytze tekende die overeenkomst.

Later stelde hij bij de kantonrechter echter dat deze overeenkomst eigenlijk een arbeidsovereenkomst was omdat sprake zou zijn van schijnzelfstandigheid. Hij zou dus dezelfde rechten hebben als een werknemer. De PvdA en de FNV steunden hem daarin. De Kantonrechter in Amsterdam niet. Sytze was geen werknemer maar een zzp-er om een aantal redenen.

Partijen hadden duidelijk de bedoeling om een zzp-overeenkomst te sluiten. Sytze heeft zich dan ook ingeschreven bij de Kamer van Koophandel als eenmanszaak.

Ook is er volgens de kantonrechter geen gezagsverhouding. Sytze besluit immers zelf wanneer hij wil werken en hij kan bestellingen weigeren. Hij hoeft geen bedrijfskleding te dragen en kan met zijn eigen thermobox werken. Sytze mag zijn eigen route bepalen. Bovendien kan hij meer verdienen dan toen hij nog in loondienst was. Hij mocht ook voor een concurrent werken en mocht zich door een ander laten vervangen. Dat Deliveroo en niet Sytze de facturen verstuurt, vindt de kantonrechter niet doorslaggevend.

In Nederland is dit de eerste uitspraak over de zogenaamde platformeconomie, waarbij de werkgever vervangen is door een app, die vertelt waar en hoe laat een opdracht uitgevoerd kan worden. Uit deze uitspraak blijkt dat de manier waarop het platform werkt, bepaalt of sprake is van schijnzelfstandigheid. In andere omstandigheden kunnen dus andere uitspraken volgen.