Vakantiegeld

De vakantie komt weer in zicht en veel mensen gaan er dan op uit. Dat is leuk maar ook kostbaar. Werknemers kunnen vakantiedagen opnemen en in dat geval wordt het loon tijdens hun vakantie doorbetaald.

Daarnaast bestaat het recht op vakantiebijslag, ook wel ‘vakantiegeld’ genoemd.

In de wet wordt bepaald dat het vakantiegeld minimaal 8% van het bruto loon bedraagt. Dat is ongeveer een bruto maandloon. Hiervan mag alleen ten nadele van de werknemer afgeweken worden als deze meer dan drie maal het minimumloon verdient. Ook bij Cao kan worden afgeweken.

Soms is onduidelijk wat onder het begrip ‘loon’ in dit verband wordt verstaan. Niet alle uitbetaalde bedragen worden meegerekend. Zo tellen overwerkvergoedingen, winstuitkeringen en het vakantiegeld zelf niet mee. Ook onkostenvergoedingen, eindejaarsuitkeringen en uitkeringen voor speciale gelegenheden worden niet meegenomen in de berekening van het vakantiegeld. Wel worden ploegentoeslagen, onregelmatigheidstoeslagen, provisies, gevarengeld, prestatietoeslagen en een vaste 13e maand meegerekend.

Over het loon dat tijdens ziekte wordt doorbetaald, moet ook vakantiebijslag worden betaald. Dat geldt ook voor loon tijdens een periode van bijvoorbeeld een schorsing die voor rekening van de werkgever komt.

Het vakantiegeld wordt meestal uitbetaald met het salaris over de maand mei. Het is mogelijk om schriftelijk overeen te komen dat het op een ander tijdstip wordt betaald. Dat kan bijvoorbeeld in de arbeidsovereenkomst worden opgenomen.

Over vakantiegeld wordt net zo veel belasting betaald als over het ´gewone´ loon. Omdat het echter boven op het gebruikelijke loon wordt uitbetaald, valt het totale bedrag van die maand vaak wel in een hogere belastingschijf dan gebruikelijk.

Heeft u vragen over arbeidsrecht bel Advocatenkantoor Mariska Harbers