Wereldwijd werken

Een werkgever verzocht het UWV om een ontslagvergunning voor een werknemer omdat diens functie verviel. De onderneming was onderdeel van een wereldwijd concern met één vestiging in Nederland.

Het UWV weigerde de vergunning omdat niet duidelijk was of het vervallen van de arbeidsplaats bedrijfseconomisch wel noodzakelijk was. De kantonrechter was het daarmee eens en de werkgever ging in beroep.

Het Hof oordeelde dat de werkgever niet had voldaan aan zijn herplaatsingsplicht. Dit houdt in dat als de functie van een werknemer vervalt, de werkgever actief moet onderzoeken of de werknemer herplaatst kan worden in een andere, passende, functie. Daarvoor moet gezocht worden binnen de hele groep waar de onderneming van de werkgever toe behoort. In dit geval dus niet alleen in Nederland. De werkgever moet aantonen dat hij zich voldoende heeft ingespannen om de werknemer te herplaatsen en daarmee ontslag te voorkomen.

In dit geval had de werkgever dat alleen in Nederland gedaan en vond het verder alleen reëel om nog naar vacatures in Duitsland te kijken. Het hof oordeelde dat ook in andere landen actief naar een passende functie moet worden gezocht als de werknemer bereid is om naar het buitenland te gaan. Dat was in dit geval niet bekend omdat die mogelijkheid niet met de werknemer was besproken. De werkgever had de werknemer wel verwezen naar de websites waarop vacatures bij het concern vermeld stonden. Dat was volgens het Hof onvoldoende. De werkgever moet zelf actief zoeken. Dat was niet gebeurd en daarom mocht de werkgever de werknemer niet ontslaan.